Hypotheeknet.nl gebruikt cookies en verzamelt daarmee informatie over het gebruik van de website om deze te analyseren en om er voor te zorgen dat je voor jou relevante informatie te zien krijgt. Door hiernaast op akkoord te klikken, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies en het verzamelen van informatie aan de hand daarvan door ons en door derden.
Volgens recent onderzoek komen gemeenten en provincies miljarden tekort voor hun nieuwbouwplannen. Vooral de ontwikkeling van betaalbare woningen in stedelijke gebieden blijkt financieel niet haalbaar. Het nog te vormen kabinet is aan zet. Wat is er nodig?
Nederland komt op dit moment 279.000 woningen tekort. Bijna net zoveel als er nu staan in Utrecht, Nijmegen en Hilversum bij elkaar. En het aantal huishoudens groeit. Vandaar het plan om tussen 2020 en 2030 zo’n 1 miljoen extra woningen te realiseren. Van bijna 8 naar 9 miljoen (+12,5%). Vorig jaar nam de woningvoorraad toe met 74.352. Niet alleen door nieuwbouw (+69.985), ook door het ombouwen van bedrijfsgebouwen (+22.855). Daartegenover nam de bestaande voorraad af met een kleine 18.500 woningen, o.a. door sloop (bron: CBS).
Economen van ING verwachten na een lichte daling dit jaar voor 2022 opnieuw een bouwproductie van 70.000 woningen. Positief is dat het aantal vergunningen toeneemt. Wel stijgen de huizenprijzen bij nieuwbouw nóg harder dan die van bestaande woningen, o.a. door de oplopende kosten voor grond en - tijdelijk - ook van bouwmaterialen.
In stedelijk gebied komen daar nog forse kosten bij voor sloop, onteigening en bodemsanering. Met name plannen voor 'betaalbare' woningen lopen hierop stuk. Maar ook in het buitengebied komen voorgenomen projecten niet rendabel van de tekentafel. Juist de financiering vormt volgens demissionair minister Ollongren van wonen het probleem, niet het vinden van geschikte locaties. De huidige plannen voorzien in zo'n 935.000 woningen tot 2030. Ongeveer een derde daarvan is 'hard' (tot 2025 betreft dit jaarlijks 64.500 nieuwbouwwoningen). De rest - 345.000 woningen - is nog niet zeker.
Om de plannen te laten slagen moet er kortom geld bij. En niet weinig: € 13,7 miljard (!) volgens het onderzoek. Wie dat bedrag op tafel legt, is aan het volgende kabinet. Bouwen en wonen staan hoog op de agenda bij de formatie. Dat is maar goed ook, want de huidige Rijks-subsidie van 1 miljard is bijna op. Voor woningzoekenden is het te hopen dat er snel concrete maatregelen komen, want van projecten die pas na 2025 budget krijgen, worden de meeste woningen niet vóór 2030 opgeleverd.
Net weer een flink bedrag aan huur van je rekening zien verdwijnen? Voor hetzelfde geld bouw je via een hypotheek vermogen op in je eigen woning. Maar ja, die 'rekentool' gaf aan, dat je dáár niet zoveel aan mag uitgeven. Einde verhaal, of tijd voor maatwerk?
Verklaringen die je inkomen bevestigen zijn vanaf 15 juli weer drie maanden geldig. Ook mogen geldverstrekkers dan weer op dezelfde manier je bestendige inkomen uitrekenen als vóór de tijdelijke beperkingen. Deze versoepeling bij hypotheekaanvragen komt van de Nederlandse Vereniging van Banken.
Het tweede kwartaal van 2021 liet een historisch hoog aantal hypotheekaanvragen zien. Alleen niet voor de aanschaf van een woning - dat aantal daalde met 12,5%. De groei komt van het oversluiten naar een lagere rente en het bijsluiten van een hypotheek bijvoorbeeld voor een verbouwing
Heb je nog geen vast contract? Je kunt dan je werkgever vragen of hij op zijn werkgeversverklaring wil opschrijven dat hij van plan is om je huidige dienstverband voor 'bepaalde tijd' na afloop om te zetten naar een arbeidsovereenkomst voor 'onbepaalde tijd' (een vaste baan). Voor de meeste geldverstrekkers biedt dat voldoende zekerheid bij het beoordelen van een hypotheekaanvraag.
Ook als er geen zicht is op een vast dienstverband, bestaat de mogelijkheid dat de bank zijn oordeel wil baseren op basis van je gemiddelde inkomen uit de laatste 3 jaar. Dit noemt men wel het 'flexinkomen'. We kunnen tegenwoordig met diverse uitzendorganisaties in overleg treden om een toetsinkomen vast te stellen. We bespreken de mogelijkheden graag met je.
Via het jaarlijks kostenpercentage (JKP) krijg je een betere vergelijking tussen hypotheekaanbieders. Het JKP is het percentage dat je betaalt inclusief bijkomende kosten én rekening houdend met of je vooraf of achteraf de rente betaalt. Het drukt de totale kosten van de hypothecaire lening uit als jaarlijks percentage. Dat is dus altijd hoger dan de nominale rente (de hypotheekrente). In de berekening van het JKP is een inschatting van de volgende kosten meegenomen:
Het Nederlands belastingstelsel is opgedeeld in drie zogenaamde ‘boxen’.
Voordeel van een eigen woning is, dat je in Box 1 de betaalde hypotheekrente mag aftrekken van je inkomen. Daar tegenover staat dat je het ‘eigenwoningforfait’ erbij moet optellen. Toch levert dat per saldo vaak een fikse teruggave op.
Direct verlagen van je maandlasten
Het belastingvoordeel krijg je normaal gesproken in één keer terug binnen 2-3 maanden nadat je aangifte deed over het afgelopen jaar. Je kunt echter ook zorgen dat je direct al maandelijks een teruggave krijgt. Dat betekent elke maand lagere woonlasten. Je doet dat in vier eenvoudige stappen in Mijn Belastingdienst, via een Verzoek om een voorlopige aanslag. Zorg dat je je gegevens hiervoor bij de hand hebt. Dit zijn naast je DigiD in ieder geval:
Geen aftrek hypotheekrente*
Heb jij een tweede woning gefinancierd met een hypotheek? De hypotheekrente die je hiervoor betaalt is niet fiscaal aftrekbaar. Dit geldt ook als je een deel van de hypotheek niet gebruikt voor de eigen woning, maar bijvoorbeeld voor het kopen van een auto. Dit heeft te maken met het feit dat dit deel van de hypotheek dan niet in box 1 valt, maar in box 3: bezittingen en schulden.